De kwaliteit van de woningvoorraad

Men onderscheidt woningen naar ouderdom ( bij voorbeeld: vooroorlogs en na-oorlogs) en naar verschillende soorten eigenaren (eigenaar-bewoners, woningcorporaties, particuliere verhuurders). Bij al deze woningen onderscheidt men verschillende sorten gebreken, namelijk woontechnische gebreken en bouwtechnische gebreken. In de vooroorlogse woningen gaat het voornamelijk om bouwkundige gebreken aan funderingen, gevels, daken installies en om een onvoldoende kwaliteit van de woningindeling. In de na-oorlogse woningen gaat het vooral om periodiek onderhoud en kostbare reparaties in verband met betonschade, houtrot, onvoldoende gevelisolatie en noodzakelijke vernieuwingen aan installaties. Woontechnische gebreken die veel worden aangetroffen, zijn een te kleine keuken en te kleine en onvoldoende of geen sanitaire voorzieningen.

    Dit bericht is geplaatst in Renovatie. Bookmark de permalink.

    Reacties zijn gesloten.